soep op ons te wachten. Wat een verwennerij toch weer. Het smaakte
heerlijk. We verlieten het park en reden een heel stuk naar beneden. Een
korte stop bij Mono Lake volgde. We bewonderden de tufa's en

de vliegjes zaten nog steeds aan de oever. Ze stoven weer mooi uit elkaar als je er doorheen liep. We moesten weer eens wat kilometers gaan maken. De lucht vulde zich steeds meer met rook. We hoorden op de radio dat er een brandhaard bij June Lake was. In Bishop hebben we voor de laatste keer de koelkast gevuld. Onze poging om ergens wifi op te pikken was niet erg succesvol. We hebben al 3 dagen niks van ons laten horen en bovendien wilde ik Tioga Tours een mailtje sturen om onze schades van vandaag te melden. Even later in Independance
hadden we meer succes. Bij de benzinepomp waar we
even $ 162 achterlieten hadden we gelukkig wel wifi.
We uploaden alles weer en zochten op internet hoe het met de
rookontwikkeling bij Whitney Portal zou zijn. Blijkbaar is daar morgen
ook nog veel rook. We besloten om toch naar de camping te gaan en morgen
dan wel te zien of we blijven. Tim greep inmiddels naar zijn "turbo"
medicijnen. Hij had behoorlijk last. Het leek wel alsof we door het
landschap van een science fiction film reden met

die raar gekleurde lucht. Het was al schemerig toen we de
Whitney Portal Road opdraaiden. Het leek ietsje minder rokerig te zijn. Op de camping aangekomen was het nog een hele tour om de camper op zijn plaats te krijgen. Het is hier duidelijk meer berekend op tentjes maar na wat heen en weer steken stond ie toch op zijn plaats.